Wiskunde
Hoofdrekenen: vermenigvuldigen en delen tot 10 000
Getallenkennis: Structuur van de getallen 2 500, 5 000, 7 500, 10 000
2000 - 4000 - 6000 - 8000
Cijferen x en : tot 10 000
Taal
Taalschat: De verschillende woordsoorten (werkwoorden, zelfstandige naamwoorden, bijvoeglijke naamwoorden en lidwoorden) herkennen.
Begrijpend lezen: Vragen over een instructie oplossen. Een voorbeeld is een reglement over het verkeer aan de schoolpoort.
Spelling
Werkwoordspelling
Woorden met -ng en -nk
Woorden op d en t
Wereldoriëntatie
Thema: ' Een kaart op zak'