Wiskunde:
Metend rekenen: schatten hoeveel m, dm of cm een bepaald voorwerp is.
Hoofdrekenen: herhaling +/- tot 1000 met de brug, x/: tot 1000 naar analogie met de tafels.
Getallenkennis: tellen met sprongen tot 1000, duizendtallen noteren in de positietabel, een duizendveld invullen, de getallenlijn aanvullen.
Meetkunde: ruimtelijke oriëntatie (vooraanzicht, zijaanzicht, linkeraanzicht, rechteraanzicht)
Taal:
Begrijpend lezen: vragen bij een tekst beantwoorden.
Luisteren en spreken: Luisteren naar een verhaal en vragen hierover beantwoorden.
Creatief schrijven: Een zelfverzonnen personage beschrijven.
Taalschat: Het onderwerp en de persoonsvorm aanduiden in een zin.
Godsdienst:
Gert Geweten
Wero:
Geen tijd te verliezen!